Evalueren
-\frac{8}{3}\approx -2,666666667
Factoriseren
-\frac{8}{3} = -2\frac{2}{3} = -2,6666666666666665
Delen
Gekopieerd naar klembord
4+\frac{4\left(-5\right)}{3\times 2}\times 3+\frac{2}{\frac{2}{3}}-2\left(\frac{1}{2}-\frac{2}{3}\right)
Vermenigvuldig \frac{4}{3} met -\frac{5}{2} door teller maal teller en noemer maal noemer te vermenigvuldigen.
4+\frac{-20}{6}\times 3+\frac{2}{\frac{2}{3}}-2\left(\frac{1}{2}-\frac{2}{3}\right)
Vermenigvuldig in de breuk \frac{4\left(-5\right)}{3\times 2}.
4-\frac{10}{3}\times 3+\frac{2}{\frac{2}{3}}-2\left(\frac{1}{2}-\frac{2}{3}\right)
Vereenvoudig de breuk \frac{-20}{6} tot de kleinste termen door 2 af te trekken en weg te strepen.
4-10+\frac{2}{\frac{2}{3}}-2\left(\frac{1}{2}-\frac{2}{3}\right)
Streep 3 en 3 weg.
-6+\frac{2}{\frac{2}{3}}-2\left(\frac{1}{2}-\frac{2}{3}\right)
Trek 10 af van 4 om -6 te krijgen.
-6+2\times \frac{3}{2}-2\left(\frac{1}{2}-\frac{2}{3}\right)
Deel 2 door \frac{2}{3} door 2 te vermenigvuldigen met de omgekeerde waarde van \frac{2}{3}.
-6+3-2\left(\frac{1}{2}-\frac{2}{3}\right)
Streep 2 en 2 weg.
-3-2\left(\frac{1}{2}-\frac{2}{3}\right)
Tel -6 en 3 op om -3 te krijgen.
-3-2\left(\frac{3}{6}-\frac{4}{6}\right)
Kleinste gemene veelvoud van 2 en 3 is 6. Converteer \frac{1}{2} en \frac{2}{3} voor breuken met de noemer 6.
-3-2\times \frac{3-4}{6}
Aangezien \frac{3}{6} en \frac{4}{6} dezelfde noemer hebben, kunt u ze aftrekken door hun tellers af te trekken.
-3-2\left(-\frac{1}{6}\right)
Trek 4 af van 3 om -1 te krijgen.
-3-\frac{2\left(-1\right)}{6}
Druk 2\left(-\frac{1}{6}\right) uit als een enkele breuk.
-3-\frac{-2}{6}
Vermenigvuldig 2 en -1 om -2 te krijgen.
-3-\left(-\frac{1}{3}\right)
Vereenvoudig de breuk \frac{-2}{6} tot de kleinste termen door 2 af te trekken en weg te strepen.
-3+\frac{1}{3}
Het tegenovergestelde van -\frac{1}{3} is \frac{1}{3}.
-\frac{9}{3}+\frac{1}{3}
Converteer -3 naar breuk -\frac{9}{3}.
\frac{-9+1}{3}
Aangezien -\frac{9}{3} en \frac{1}{3} dezelfde noemer hebben, kunt u ze toevoegen door hun tellers toe te voegen.
-\frac{8}{3}
Tel -9 en 1 op om -8 te krijgen.
Voorbeelden
Vierkantsvergelijking
{ x } ^ { 2 } - 4 x - 5 = 0
Trigonometrie
4 \sin \theta \cos \theta = 2 \sin \theta
Lineaire vergelijking
y = 3x + 4
Rekenen
699 * 533
Matrix
\left[ \begin{array} { l l } { 2 } & { 3 } \\ { 5 } & { 4 } \end{array} \right] \left[ \begin{array} { l l l } { 2 } & { 0 } & { 3 } \\ { -1 } & { 1 } & { 5 } \end{array} \right]
Stelselvergelijking
\left. \begin{cases} { 8x+2y = 46 } \\ { 7x+3y = 47 } \end{cases} \right.
Differentiëren
\frac { d } { d x } \frac { ( 3 x ^ { 2 } - 2 ) } { ( x - 5 ) }
Integreren
\int _ { 0 } ^ { 1 } x e ^ { - x ^ { 2 } } d x
Limieten
\lim _{x \rightarrow-3} \frac{x^{2}-9}{x^{2}+2 x-3}