Oplossen voor z
z=\frac{1}{2}+\frac{3}{2}i=0,5+1,5i
z=\frac{1}{2}-\frac{3}{2}i=0,5-1,5i
Delen
Gekopieerd naar klembord
2z^{2}-2z+5=0
Alle vergelijkingen van de vorm ax^{2}+bx+c=0 kunnen worden opgelost met behulp van de kwadratische formule: \frac{-b±\sqrt{b^{2}-4ac}}{2a}. De kwadratische formule biedt twee oplossingen: één wanneer ± een optelling is en één wanneer het gaat om aftrekken.
z=\frac{-\left(-2\right)±\sqrt{\left(-2\right)^{2}-4\times 2\times 5}}{2\times 2}
Deze vergelijking heeft de standaardvorm: ax^{2}+bx+c=0. Substitueer 2 voor a, -2 voor b en 5 voor c in de kwadratische formule, \frac{-b±\sqrt{b^{2}-4ac}}{2a}.
z=\frac{-\left(-2\right)±\sqrt{4-4\times 2\times 5}}{2\times 2}
Bereken de wortel van -2.
z=\frac{-\left(-2\right)±\sqrt{4-8\times 5}}{2\times 2}
Vermenigvuldig -4 met 2.
z=\frac{-\left(-2\right)±\sqrt{4-40}}{2\times 2}
Vermenigvuldig -8 met 5.
z=\frac{-\left(-2\right)±\sqrt{-36}}{2\times 2}
Tel 4 op bij -40.
z=\frac{-\left(-2\right)±6i}{2\times 2}
Bereken de vierkantswortel van -36.
z=\frac{2±6i}{2\times 2}
Het tegenovergestelde van -2 is 2.
z=\frac{2±6i}{4}
Vermenigvuldig 2 met 2.
z=\frac{2+6i}{4}
Los nu de vergelijking z=\frac{2±6i}{4} op als ± positief is. Tel 2 op bij 6i.
z=\frac{1}{2}+\frac{3}{2}i
Deel 2+6i door 4.
z=\frac{2-6i}{4}
Los nu de vergelijking z=\frac{2±6i}{4} op als ± negatief is. Trek 6i af van 2.
z=\frac{1}{2}-\frac{3}{2}i
Deel 2-6i door 4.
z=\frac{1}{2}+\frac{3}{2}i z=\frac{1}{2}-\frac{3}{2}i
De vergelijking is nu opgelost.
2z^{2}-2z+5=0
Kwadratische vergelijkingen zoals deze kunnen worden opgelost door de wortel te berekenen. Hiervoor moet de vergelijking deze vorm hebben: x^{2}+bx=c.
2z^{2}-2z+5-5=-5
Trek aan beide kanten van de vergelijking 5 af.
2z^{2}-2z=-5
Als u 5 aftrekt van zichzelf, is de uitkomst 0.
\frac{2z^{2}-2z}{2}=-\frac{5}{2}
Deel beide zijden van de vergelijking door 2.
z^{2}+\left(-\frac{2}{2}\right)z=-\frac{5}{2}
Delen door 2 maakt de vermenigvuldiging met 2 ongedaan.
z^{2}-z=-\frac{5}{2}
Deel -2 door 2.
z^{2}-z+\left(-\frac{1}{2}\right)^{2}=-\frac{5}{2}+\left(-\frac{1}{2}\right)^{2}
Deel -1, de coëfficiënt van de x term door 2 om -\frac{1}{2} op te halen. Voeg vervolgens het kwadraat van -\frac{1}{2} toe aan beide kanten van de vergelijking. Met deze stap wordt de linkerkant van de vergelijking een perfect vierkant.
z^{2}-z+\frac{1}{4}=-\frac{5}{2}+\frac{1}{4}
Bereken de wortel van -\frac{1}{2} door de wortel te berekenen van zowel de teller als de noemer van de breuk.
z^{2}-z+\frac{1}{4}=-\frac{9}{4}
Tel -\frac{5}{2} op bij \frac{1}{4} door een gemeenschappelijke noemer te bepalen en de tellers op te tellen. Vereenvoudig vervolgens de breuk naar de kleinste termen indien mogelijk.
\left(z-\frac{1}{2}\right)^{2}=-\frac{9}{4}
Factoriseer z^{2}-z+\frac{1}{4}. In het algemeen, wanneer x^{2}+bx+c een perfect vierkant is, kan het altijd worden gefactoreerd als \left(x+\frac{b}{2}\right)^{2}.
\sqrt{\left(z-\frac{1}{2}\right)^{2}}=\sqrt{-\frac{9}{4}}
Neem de vierkantswortel van beide zijden van de vergelijking.
z-\frac{1}{2}=\frac{3}{2}i z-\frac{1}{2}=-\frac{3}{2}i
Vereenvoudig.
z=\frac{1}{2}+\frac{3}{2}i z=\frac{1}{2}-\frac{3}{2}i
Tel aan beide kanten van de vergelijking \frac{1}{2} op.
Voorbeelden
Vierkantsvergelijking
{ x } ^ { 2 } - 4 x - 5 = 0
Trigonometrie
4 \sin \theta \cos \theta = 2 \sin \theta
Lineaire vergelijking
y = 3x + 4
Rekenen
699 * 533
Matrix
\left[ \begin{array} { l l } { 2 } & { 3 } \\ { 5 } & { 4 } \end{array} \right] \left[ \begin{array} { l l l } { 2 } & { 0 } & { 3 } \\ { -1 } & { 1 } & { 5 } \end{array} \right]
Stelselvergelijking
\left. \begin{cases} { 8x+2y = 46 } \\ { 7x+3y = 47 } \end{cases} \right.
Differentiëren
\frac { d } { d x } \frac { ( 3 x ^ { 2 } - 2 ) } { ( x - 5 ) }
Integreren
\int _ { 0 } ^ { 1 } x e ^ { - x ^ { 2 } } d x
Limieten
\lim _{x \rightarrow-3} \frac{x^{2}-9}{x^{2}+2 x-3}