Evalueren
-\frac{1}{20}=-0,05
Factoriseren
-\frac{1}{20} = -0,05
Delen
Gekopieerd naar klembord
\frac{5+1}{5}\left(-\frac{2}{3}\right)-\frac{\frac{1\times 3+2}{3}}{-\frac{2\times 9+2}{9}}
Vermenigvuldig 1 en 5 om 5 te krijgen.
\frac{6}{5}\left(-\frac{2}{3}\right)-\frac{\frac{1\times 3+2}{3}}{-\frac{2\times 9+2}{9}}
Tel 5 en 1 op om 6 te krijgen.
\frac{6\left(-2\right)}{5\times 3}-\frac{\frac{1\times 3+2}{3}}{-\frac{2\times 9+2}{9}}
Vermenigvuldig \frac{6}{5} met -\frac{2}{3} door teller maal teller en noemer maal noemer te vermenigvuldigen.
\frac{-12}{15}-\frac{\frac{1\times 3+2}{3}}{-\frac{2\times 9+2}{9}}
Vermenigvuldig in de breuk \frac{6\left(-2\right)}{5\times 3}.
-\frac{4}{5}-\frac{\frac{1\times 3+2}{3}}{-\frac{2\times 9+2}{9}}
Vereenvoudig de breuk \frac{-12}{15} tot de kleinste termen door 3 af te trekken en weg te strepen.
-\frac{4}{5}-\frac{\frac{3+2}{3}}{-\frac{2\times 9+2}{9}}
Vermenigvuldig 1 en 3 om 3 te krijgen.
-\frac{4}{5}-\frac{\frac{5}{3}}{-\frac{2\times 9+2}{9}}
Tel 3 en 2 op om 5 te krijgen.
-\frac{4}{5}-\frac{\frac{5}{3}}{-\frac{18+2}{9}}
Vermenigvuldig 2 en 9 om 18 te krijgen.
-\frac{4}{5}-\frac{\frac{5}{3}}{-\frac{20}{9}}
Tel 18 en 2 op om 20 te krijgen.
-\frac{4}{5}-\frac{5}{3}\left(-\frac{9}{20}\right)
Deel \frac{5}{3} door -\frac{20}{9} door \frac{5}{3} te vermenigvuldigen met de omgekeerde waarde van -\frac{20}{9}.
-\frac{4}{5}-\frac{5\left(-9\right)}{3\times 20}
Vermenigvuldig \frac{5}{3} met -\frac{9}{20} door teller maal teller en noemer maal noemer te vermenigvuldigen.
-\frac{4}{5}-\frac{-45}{60}
Vermenigvuldig in de breuk \frac{5\left(-9\right)}{3\times 20}.
-\frac{4}{5}-\left(-\frac{3}{4}\right)
Vereenvoudig de breuk \frac{-45}{60} tot de kleinste termen door 15 af te trekken en weg te strepen.
-\frac{4}{5}+\frac{3}{4}
Het tegenovergestelde van -\frac{3}{4} is \frac{3}{4}.
-\frac{16}{20}+\frac{15}{20}
Kleinste gemene veelvoud van 5 en 4 is 20. Converteer -\frac{4}{5} en \frac{3}{4} voor breuken met de noemer 20.
\frac{-16+15}{20}
Aangezien -\frac{16}{20} en \frac{15}{20} dezelfde noemer hebben, kunt u ze toevoegen door hun tellers toe te voegen.
-\frac{1}{20}
Tel -16 en 15 op om -1 te krijgen.
Voorbeelden
Vierkantsvergelijking
{ x } ^ { 2 } - 4 x - 5 = 0
Trigonometrie
4 \sin \theta \cos \theta = 2 \sin \theta
Lineaire vergelijking
y = 3x + 4
Rekenen
699 * 533
Matrix
\left[ \begin{array} { l l } { 2 } & { 3 } \\ { 5 } & { 4 } \end{array} \right] \left[ \begin{array} { l l l } { 2 } & { 0 } & { 3 } \\ { -1 } & { 1 } & { 5 } \end{array} \right]
Stelselvergelijking
\left. \begin{cases} { 8x+2y = 46 } \\ { 7x+3y = 47 } \end{cases} \right.
Differentiëren
\frac { d } { d x } \frac { ( 3 x ^ { 2 } - 2 ) } { ( x - 5 ) }
Integreren
\int _ { 0 } ^ { 1 } x e ^ { - x ^ { 2 } } d x
Limieten
\lim _{x \rightarrow-3} \frac{x^{2}-9}{x^{2}+2 x-3}