Oplossen voor x
x=-2\sqrt{3}-\frac{1}{3}\approx -3,797434948
x=2\sqrt{3}-\frac{1}{3}\approx 3,130768282
Grafiek
Delen
Gekopieerd naar klembord
-3\left(-36\right)=\left(3x+1\right)^{2}
Variabele x kan niet gelijk zijn aan -\frac{1}{3} omdat deling door nul niet is gedefinieerd. Vermenigvuldig beide zijden van de vergelijking met 3\left(3x+1\right)^{2}, de kleinste gemeenschappelijke noemer van \left(1+3x\right)^{2},3.
108=\left(3x+1\right)^{2}
Vermenigvuldig -3 en -36 om 108 te krijgen.
108=9x^{2}+6x+1
Gebruik het binomium van Newton \left(a+b\right)^{2}=a^{2}+2ab+b^{2} om \left(3x+1\right)^{2} uit te breiden.
9x^{2}+6x+1=108
Verwissel de kanten zodat alle variabelen zich aan de linkerkant bevinden.
9x^{2}+6x+1-108=0
Trek aan beide kanten 108 af.
9x^{2}+6x-107=0
Trek 108 af van 1 om -107 te krijgen.
x=\frac{-6±\sqrt{6^{2}-4\times 9\left(-107\right)}}{2\times 9}
Deze vergelijking heeft de standaardvorm: ax^{2}+bx+c=0. Substitueer 9 voor a, 6 voor b en -107 voor c in de kwadratische formule, \frac{-b±\sqrt{b^{2}-4ac}}{2a}.
x=\frac{-6±\sqrt{36-4\times 9\left(-107\right)}}{2\times 9}
Bereken de wortel van 6.
x=\frac{-6±\sqrt{36-36\left(-107\right)}}{2\times 9}
Vermenigvuldig -4 met 9.
x=\frac{-6±\sqrt{36+3852}}{2\times 9}
Vermenigvuldig -36 met -107.
x=\frac{-6±\sqrt{3888}}{2\times 9}
Tel 36 op bij 3852.
x=\frac{-6±36\sqrt{3}}{2\times 9}
Bereken de vierkantswortel van 3888.
x=\frac{-6±36\sqrt{3}}{18}
Vermenigvuldig 2 met 9.
x=\frac{36\sqrt{3}-6}{18}
Los nu de vergelijking x=\frac{-6±36\sqrt{3}}{18} op als ± positief is. Tel -6 op bij 36\sqrt{3}.
x=2\sqrt{3}-\frac{1}{3}
Deel -6+36\sqrt{3} door 18.
x=\frac{-36\sqrt{3}-6}{18}
Los nu de vergelijking x=\frac{-6±36\sqrt{3}}{18} op als ± negatief is. Trek 36\sqrt{3} af van -6.
x=-2\sqrt{3}-\frac{1}{3}
Deel -6-36\sqrt{3} door 18.
x=2\sqrt{3}-\frac{1}{3} x=-2\sqrt{3}-\frac{1}{3}
De vergelijking is nu opgelost.
-3\left(-36\right)=\left(3x+1\right)^{2}
Variabele x kan niet gelijk zijn aan -\frac{1}{3} omdat deling door nul niet is gedefinieerd. Vermenigvuldig beide zijden van de vergelijking met 3\left(3x+1\right)^{2}, de kleinste gemeenschappelijke noemer van \left(1+3x\right)^{2},3.
108=\left(3x+1\right)^{2}
Vermenigvuldig -3 en -36 om 108 te krijgen.
108=9x^{2}+6x+1
Gebruik het binomium van Newton \left(a+b\right)^{2}=a^{2}+2ab+b^{2} om \left(3x+1\right)^{2} uit te breiden.
9x^{2}+6x+1=108
Verwissel de kanten zodat alle variabelen zich aan de linkerkant bevinden.
9x^{2}+6x=108-1
Trek aan beide kanten 1 af.
9x^{2}+6x=107
Trek 1 af van 108 om 107 te krijgen.
\frac{9x^{2}+6x}{9}=\frac{107}{9}
Deel beide zijden van de vergelijking door 9.
x^{2}+\frac{6}{9}x=\frac{107}{9}
Delen door 9 maakt de vermenigvuldiging met 9 ongedaan.
x^{2}+\frac{2}{3}x=\frac{107}{9}
Vereenvoudig de breuk \frac{6}{9} tot de kleinste termen door 3 af te trekken en weg te strepen.
x^{2}+\frac{2}{3}x+\left(\frac{1}{3}\right)^{2}=\frac{107}{9}+\left(\frac{1}{3}\right)^{2}
Deel \frac{2}{3}, de coëfficiënt van de x term door 2 om \frac{1}{3} op te halen. Voeg vervolgens het kwadraat van \frac{1}{3} toe aan beide kanten van de vergelijking. Met deze stap wordt de linkerkant van de vergelijking een perfect vierkant.
x^{2}+\frac{2}{3}x+\frac{1}{9}=\frac{107+1}{9}
Bereken de wortel van \frac{1}{3} door de wortel te berekenen van zowel de teller als de noemer van de breuk.
x^{2}+\frac{2}{3}x+\frac{1}{9}=12
Tel \frac{107}{9} op bij \frac{1}{9} door een gemeenschappelijke noemer te bepalen en de tellers op te tellen. Vereenvoudig vervolgens de breuk naar de kleinste termen indien mogelijk.
\left(x+\frac{1}{3}\right)^{2}=12
Factoriseer x^{2}+\frac{2}{3}x+\frac{1}{9}. In het algemeen, wanneer x^{2}+bx+c een perfect vierkant is, kan het altijd worden gefactoreerd als \left(x+\frac{b}{2}\right)^{2}.
\sqrt{\left(x+\frac{1}{3}\right)^{2}}=\sqrt{12}
Neem de vierkantswortel van beide zijden van de vergelijking.
x+\frac{1}{3}=2\sqrt{3} x+\frac{1}{3}=-2\sqrt{3}
Vereenvoudig.
x=2\sqrt{3}-\frac{1}{3} x=-2\sqrt{3}-\frac{1}{3}
Trek aan beide kanten van de vergelijking \frac{1}{3} af.
Voorbeelden
Vierkantsvergelijking
{ x } ^ { 2 } - 4 x - 5 = 0
Trigonometrie
4 \sin \theta \cos \theta = 2 \sin \theta
Lineaire vergelijking
y = 3x + 4
Rekenen
699 * 533
Matrix
\left[ \begin{array} { l l } { 2 } & { 3 } \\ { 5 } & { 4 } \end{array} \right] \left[ \begin{array} { l l l } { 2 } & { 0 } & { 3 } \\ { -1 } & { 1 } & { 5 } \end{array} \right]
Stelselvergelijking
\left. \begin{cases} { 8x+2y = 46 } \\ { 7x+3y = 47 } \end{cases} \right.
Differentiëren
\frac { d } { d x } \frac { ( 3 x ^ { 2 } - 2 ) } { ( x - 5 ) }
Integreren
\int _ { 0 } ^ { 1 } x e ^ { - x ^ { 2 } } d x
Limieten
\lim _{x \rightarrow-3} \frac{x^{2}-9}{x^{2}+2 x-3}