Overslaan en naar de inhoud gaan
Evalueren
Tick mark Image

Vergelijkbare problemen van Web Search

Delen

det(\left(\begin{matrix}0&2&0\\z&3i&i\\-i&0&1+i\end{matrix}\right))
Bepaal de determinant van de matrix met behulp van de diagonaalmethode.
\left(\begin{matrix}0&2&0&0&2\\z&3i&i&z&3i\\-i&0&1+i&-i&0\end{matrix}\right)
Breid de oorspronkelijke matrix uit door de eerste twee kolommen te herhalen als de vierde en vijfde kolom.
2i\left(-i\right)=2
Vermenigvuldig langs de diagonaal naar beneden, beginnend bij de invoer linksboven, en tel de resulterende producten op.
\left(1+i\right)z\times 2=\left(2+2i\right)z
Vermenigvuldig langs de diagonaal naar boven, beginnend bij de invoer linksonder, en tel de resulterende producten op.
2-\left(2+2i\right)z
Trek de som van de producten van de bovendiagonaal af van de som van de producten van de onderdiagonaal.
\left(-2-2i\right)z+2
Trek \left(2+2i\right)z af van 2.
det(\left(\begin{matrix}0&2&0\\z&3i&i\\-i&0&1+i\end{matrix}\right))
Bepaal de determinant van de matrix met de methode voor de ontwikkeling met minoren (ook wel de ontwikkeling met cofactoren genoemd).
-2det(\left(\begin{matrix}z&i\\-i&1+i\end{matrix}\right))
Voor het ontwikkelen met minoren vermenigvuldigt u elk element van de eerste rij met de bijbehorende minor die de determinant is van de 2\times 2-matrix die is gemaakt door de rij en de kolom te verwijderen die dit element bevatten. Vervolgens vermenigvuldigt u met het positieteken van het element.
-2\left(z\left(1+i\right)-\left(-ii\right)\right)
Voor de 2\times 2 matrix \left(\begin{matrix}a&b\\c&d\end{matrix}\right) wordt de determinant ad-bc.
-2\left(\left(1+i\right)z-1\right)
Vereenvoudig.
\left(-2-2i\right)z+2
Tel de termen op om het eindresultaat te berekenen.