Overslaan en naar de inhoud gaan
Oplossen voor x
Tick mark Image
Grafiek

Vergelijkbare problemen van Web Search

Delen

\left(x-1\right)\left(x-1\right)=\left(2x+1\right)\left(2x+1\right)+\left(x-1\right)\left(2x+1\right)\times 3
Variabele x kan niet gelijk zijn aan de waarden -\frac{1}{2},1 omdat deling door nul niet is gedefinieerd. Vermenigvuldig beide zijden van de vergelijking met \left(x-1\right)\left(2x+1\right), de kleinste gemeenschappelijke noemer van 2x+1,x-1.
\left(x-1\right)^{2}=\left(2x+1\right)\left(2x+1\right)+\left(x-1\right)\left(2x+1\right)\times 3
Vermenigvuldig x-1 en x-1 om \left(x-1\right)^{2} te krijgen.
\left(x-1\right)^{2}=\left(2x+1\right)^{2}+\left(x-1\right)\left(2x+1\right)\times 3
Vermenigvuldig 2x+1 en 2x+1 om \left(2x+1\right)^{2} te krijgen.
x^{2}-2x+1=\left(2x+1\right)^{2}+\left(x-1\right)\left(2x+1\right)\times 3
Gebruik het binomium van Newton \left(a-b\right)^{2}=a^{2}-2ab+b^{2} om \left(x-1\right)^{2} uit te breiden.
x^{2}-2x+1=4x^{2}+4x+1+\left(x-1\right)\left(2x+1\right)\times 3
Gebruik het binomium van Newton \left(a+b\right)^{2}=a^{2}+2ab+b^{2} om \left(2x+1\right)^{2} uit te breiden.
x^{2}-2x+1=4x^{2}+4x+1+\left(2x^{2}-x-1\right)\times 3
Gebruik de distributieve eigenschap om x-1 te vermenigvuldigen met 2x+1 en gelijke termen te combineren.
x^{2}-2x+1=4x^{2}+4x+1+6x^{2}-3x-3
Gebruik de distributieve eigenschap om 2x^{2}-x-1 te vermenigvuldigen met 3.
x^{2}-2x+1=10x^{2}+4x+1-3x-3
Combineer 4x^{2} en 6x^{2} om 10x^{2} te krijgen.
x^{2}-2x+1=10x^{2}+x+1-3
Combineer 4x en -3x om x te krijgen.
x^{2}-2x+1=10x^{2}+x-2
Trek 3 af van 1 om -2 te krijgen.
x^{2}-2x+1-10x^{2}=x-2
Trek aan beide kanten 10x^{2} af.
-9x^{2}-2x+1=x-2
Combineer x^{2} en -10x^{2} om -9x^{2} te krijgen.
-9x^{2}-2x+1-x=-2
Trek aan beide kanten x af.
-9x^{2}-3x+1=-2
Combineer -2x en -x om -3x te krijgen.
-9x^{2}-3x+1+2=0
Voeg 2 toe aan beide zijden.
-9x^{2}-3x+3=0
Tel 1 en 2 op om 3 te krijgen.
x=\frac{-\left(-3\right)±\sqrt{\left(-3\right)^{2}-4\left(-9\right)\times 3}}{2\left(-9\right)}
Deze vergelijking heeft de standaardvorm: ax^{2}+bx+c=0. Substitueer -9 voor a, -3 voor b en 3 voor c in de kwadratische formule, \frac{-b±\sqrt{b^{2}-4ac}}{2a}.
x=\frac{-\left(-3\right)±\sqrt{9-4\left(-9\right)\times 3}}{2\left(-9\right)}
Bereken de wortel van -3.
x=\frac{-\left(-3\right)±\sqrt{9+36\times 3}}{2\left(-9\right)}
Vermenigvuldig -4 met -9.
x=\frac{-\left(-3\right)±\sqrt{9+108}}{2\left(-9\right)}
Vermenigvuldig 36 met 3.
x=\frac{-\left(-3\right)±\sqrt{117}}{2\left(-9\right)}
Tel 9 op bij 108.
x=\frac{-\left(-3\right)±3\sqrt{13}}{2\left(-9\right)}
Bereken de vierkantswortel van 117.
x=\frac{3±3\sqrt{13}}{2\left(-9\right)}
Het tegenovergestelde van -3 is 3.
x=\frac{3±3\sqrt{13}}{-18}
Vermenigvuldig 2 met -9.
x=\frac{3\sqrt{13}+3}{-18}
Los nu de vergelijking x=\frac{3±3\sqrt{13}}{-18} op als ± positief is. Tel 3 op bij 3\sqrt{13}.
x=\frac{-\sqrt{13}-1}{6}
Deel 3+3\sqrt{13} door -18.
x=\frac{3-3\sqrt{13}}{-18}
Los nu de vergelijking x=\frac{3±3\sqrt{13}}{-18} op als ± negatief is. Trek 3\sqrt{13} af van 3.
x=\frac{\sqrt{13}-1}{6}
Deel 3-3\sqrt{13} door -18.
x=\frac{-\sqrt{13}-1}{6} x=\frac{\sqrt{13}-1}{6}
De vergelijking is nu opgelost.
\left(x-1\right)\left(x-1\right)=\left(2x+1\right)\left(2x+1\right)+\left(x-1\right)\left(2x+1\right)\times 3
Variabele x kan niet gelijk zijn aan de waarden -\frac{1}{2},1 omdat deling door nul niet is gedefinieerd. Vermenigvuldig beide zijden van de vergelijking met \left(x-1\right)\left(2x+1\right), de kleinste gemeenschappelijke noemer van 2x+1,x-1.
\left(x-1\right)^{2}=\left(2x+1\right)\left(2x+1\right)+\left(x-1\right)\left(2x+1\right)\times 3
Vermenigvuldig x-1 en x-1 om \left(x-1\right)^{2} te krijgen.
\left(x-1\right)^{2}=\left(2x+1\right)^{2}+\left(x-1\right)\left(2x+1\right)\times 3
Vermenigvuldig 2x+1 en 2x+1 om \left(2x+1\right)^{2} te krijgen.
x^{2}-2x+1=\left(2x+1\right)^{2}+\left(x-1\right)\left(2x+1\right)\times 3
Gebruik het binomium van Newton \left(a-b\right)^{2}=a^{2}-2ab+b^{2} om \left(x-1\right)^{2} uit te breiden.
x^{2}-2x+1=4x^{2}+4x+1+\left(x-1\right)\left(2x+1\right)\times 3
Gebruik het binomium van Newton \left(a+b\right)^{2}=a^{2}+2ab+b^{2} om \left(2x+1\right)^{2} uit te breiden.
x^{2}-2x+1=4x^{2}+4x+1+\left(2x^{2}-x-1\right)\times 3
Gebruik de distributieve eigenschap om x-1 te vermenigvuldigen met 2x+1 en gelijke termen te combineren.
x^{2}-2x+1=4x^{2}+4x+1+6x^{2}-3x-3
Gebruik de distributieve eigenschap om 2x^{2}-x-1 te vermenigvuldigen met 3.
x^{2}-2x+1=10x^{2}+4x+1-3x-3
Combineer 4x^{2} en 6x^{2} om 10x^{2} te krijgen.
x^{2}-2x+1=10x^{2}+x+1-3
Combineer 4x en -3x om x te krijgen.
x^{2}-2x+1=10x^{2}+x-2
Trek 3 af van 1 om -2 te krijgen.
x^{2}-2x+1-10x^{2}=x-2
Trek aan beide kanten 10x^{2} af.
-9x^{2}-2x+1=x-2
Combineer x^{2} en -10x^{2} om -9x^{2} te krijgen.
-9x^{2}-2x+1-x=-2
Trek aan beide kanten x af.
-9x^{2}-3x+1=-2
Combineer -2x en -x om -3x te krijgen.
-9x^{2}-3x=-2-1
Trek aan beide kanten 1 af.
-9x^{2}-3x=-3
Trek 1 af van -2 om -3 te krijgen.
\frac{-9x^{2}-3x}{-9}=-\frac{3}{-9}
Deel beide zijden van de vergelijking door -9.
x^{2}+\left(-\frac{3}{-9}\right)x=-\frac{3}{-9}
Delen door -9 maakt de vermenigvuldiging met -9 ongedaan.
x^{2}+\frac{1}{3}x=-\frac{3}{-9}
Vereenvoudig de breuk \frac{-3}{-9} tot de kleinste termen door 3 af te trekken en weg te strepen.
x^{2}+\frac{1}{3}x=\frac{1}{3}
Vereenvoudig de breuk \frac{-3}{-9} tot de kleinste termen door 3 af te trekken en weg te strepen.
x^{2}+\frac{1}{3}x+\left(\frac{1}{6}\right)^{2}=\frac{1}{3}+\left(\frac{1}{6}\right)^{2}
Deel \frac{1}{3}, de coëfficiënt van de x term door 2 om \frac{1}{6} op te halen. Voeg vervolgens het kwadraat van \frac{1}{6} toe aan beide zijden van de vergelijking. Met deze stap wordt de linkerzijde van de vergelijking een perfect vier kant.
x^{2}+\frac{1}{3}x+\frac{1}{36}=\frac{1}{3}+\frac{1}{36}
Bereken de wortel van \frac{1}{6} door de wortel te berekenen van zowel de teller als de noemer van de breuk.
x^{2}+\frac{1}{3}x+\frac{1}{36}=\frac{13}{36}
Tel \frac{1}{3} op bij \frac{1}{36} door een gemeenschappelijke noemer te bepalen en de tellers op te tellen. Vereenvoudig vervolgens de breuk naar de kleinste termen indien mogelijk.
\left(x+\frac{1}{6}\right)^{2}=\frac{13}{36}
Factoriseer x^{2}+\frac{1}{3}x+\frac{1}{36}. In het algemeen, als x^{2}+bx+c een kwadraatgetal is, kan het altijd worden gefactoriseerd als \left(x+\frac{b}{2}\right)^{2}.
\sqrt{\left(x+\frac{1}{6}\right)^{2}}=\sqrt{\frac{13}{36}}
Neem de vierkantswortel van beide zijden van de vergelijking.
x+\frac{1}{6}=\frac{\sqrt{13}}{6} x+\frac{1}{6}=-\frac{\sqrt{13}}{6}
Vereenvoudig.
x=\frac{\sqrt{13}-1}{6} x=\frac{-\sqrt{13}-1}{6}
Trek aan beide kanten van de vergelijking \frac{1}{6} af.