Los -7/10/10-7/4=3-7/10-frac{2-frac{17}{10}}{5} op

$$\frac{ - \frac{ 7 }{ 10 } }{ 10 } - \frac{ 7 }{ 4 } = 3- \frac{ 7 }{ 10 } - \frac{ 2- \frac{ 17 }{ 10 } }{ 5 }$$

Verifiëren

Oplossingsstappen

Vermenigvuldig beide zijden van de vergelijking met 20, de kleinste gemeenschappelijke noemer van 10,4,5.

$$2\left(-\frac{7}{10}\right)-35=60-14-4\left(2-\frac{17}{10}\right)$$

Druk 2\left(-\frac{7}{10}\right) uit als een enkele breuk.

$$\frac{2\left(-7\right)}{10}-35=60-14-4\left(2-\frac{17}{10}\right)$$

Vermenigvuldig 2 en -7 om -14 te krijgen.

$$\frac{-14}{10}-35=60-14-4\left(2-\frac{17}{10}\right)$$

Vereenvoudig de breuk \frac{-14}{10} tot de kleinste termen door 2 af te trekken en weg te strepen.

$$-\frac{7}{5}-35=60-14-4\left(2-\frac{17}{10}\right)$$

Converteer 35 naar breuk \frac{175}{5}.

$$-\frac{7}{5}-\frac{175}{5}=60-14-4\left(2-\frac{17}{10}\right)$$

Aangezien -\frac{7}{5} en \frac{175}{5} dezelfde noemer hebben, kunt u ze aftrekken door hun tellers af te trekken.

$$\frac{-7-175}{5}=60-14-4\left(2-\frac{17}{10}\right)$$

Trek 175 af van -7 om -182 te krijgen.

$$-\frac{182}{5}=60-14-4\left(2-\frac{17}{10}\right)$$

Trek 14 af van 60 om 46 te krijgen.

$$-\frac{182}{5}=46-4\left(2-\frac{17}{10}\right)$$

Converteer 2 naar breuk \frac{20}{10}.

$$-\frac{182}{5}=46-4\left(\frac{20}{10}-\frac{17}{10}\right)$$

Aangezien \frac{20}{10} en \frac{17}{10} dezelfde noemer hebben, kunt u ze aftrekken door hun tellers af te trekken.

$$-\frac{182}{5}=46-4\times \frac{20-17}{10}$$

Trek 17 af van 20 om 3 te krijgen.

$$-\frac{182}{5}=46-4\times \frac{3}{10}$$

Druk -4\times \frac{3}{10} uit als een enkele breuk.

$$-\frac{182}{5}=46+\frac{-4\times 3}{10}$$

Vermenigvuldig -4 en 3 om -12 te krijgen.

$$-\frac{182}{5}=46+\frac{-12}{10}$$

Vereenvoudig de breuk \frac{-12}{10} tot de kleinste termen door 2 af te trekken en weg te strepen.

$$-\frac{182}{5}=46-\frac{6}{5}$$

Converteer 46 naar breuk \frac{230}{5}.

$$-\frac{182}{5}=\frac{230}{5}-\frac{6}{5}$$

Aangezien \frac{230}{5} en \frac{6}{5} dezelfde noemer hebben, kunt u ze aftrekken door hun tellers af te trekken.

$$-\frac{182}{5}=\frac{230-6}{5}$$

Trek 6 af van 230 om 224 te krijgen.

$$-\frac{182}{5}=\frac{224}{5}$$

Vergelijk -\frac{182}{5} en \frac{224}{5}.

$$\text{false}$$