Oplossen voor x
x=10
Grafiek
Delen
Gekopieerd naar klembord
\frac{1}{2}x+\frac{1}{2}\left(-1\right)-\frac{1}{3}\left(x+3\right)=\frac{1}{6}
Gebruik de distributieve eigenschap om \frac{1}{2} te vermenigvuldigen met x-1.
\frac{1}{2}x-\frac{1}{2}-\frac{1}{3}\left(x+3\right)=\frac{1}{6}
Vermenigvuldig \frac{1}{2} en -1 om -\frac{1}{2} te krijgen.
\frac{1}{2}x-\frac{1}{2}-\frac{1}{3}x-\frac{1}{3}\times 3=\frac{1}{6}
Gebruik de distributieve eigenschap om -\frac{1}{3} te vermenigvuldigen met x+3.
\frac{1}{2}x-\frac{1}{2}-\frac{1}{3}x-1=\frac{1}{6}
Streep 3 en 3 weg.
\frac{1}{6}x-\frac{1}{2}-1=\frac{1}{6}
Combineer \frac{1}{2}x en -\frac{1}{3}x om \frac{1}{6}x te krijgen.
\frac{1}{6}x-\frac{1}{2}-\frac{2}{2}=\frac{1}{6}
Converteer 1 naar breuk \frac{2}{2}.
\frac{1}{6}x+\frac{-1-2}{2}=\frac{1}{6}
Aangezien -\frac{1}{2} en \frac{2}{2} dezelfde noemer hebben, kunt u ze aftrekken door hun tellers af te trekken.
\frac{1}{6}x-\frac{3}{2}=\frac{1}{6}
Trek 2 af van -1 om -3 te krijgen.
\frac{1}{6}x=\frac{1}{6}+\frac{3}{2}
Voeg \frac{3}{2} toe aan beide zijden.
\frac{1}{6}x=\frac{1}{6}+\frac{9}{6}
Kleinste gemene veelvoud van 6 en 2 is 6. Converteer \frac{1}{6} en \frac{3}{2} voor breuken met de noemer 6.
\frac{1}{6}x=\frac{1+9}{6}
Aangezien \frac{1}{6} en \frac{9}{6} dezelfde noemer hebben, kunt u ze toevoegen door hun tellers toe te voegen.
\frac{1}{6}x=\frac{10}{6}
Tel 1 en 9 op om 10 te krijgen.
\frac{1}{6}x=\frac{5}{3}
Vereenvoudig de breuk \frac{10}{6} tot de kleinste termen door 2 af te trekken en weg te strepen.
x=\frac{5}{3}\times 6
Vermenigvuldig beide zijden van de vergelijking met 6, het omgekeerde van \frac{1}{6}.
x=\frac{5\times 6}{3}
Druk \frac{5}{3}\times 6 uit als een enkele breuk.
x=\frac{30}{3}
Vermenigvuldig 5 en 6 om 30 te krijgen.
x=10
Deel 30 door 3 om 10 te krijgen.
Voorbeelden
Vierkantsvergelijking
{ x } ^ { 2 } - 4 x - 5 = 0
Trigonometrie
4 \sin \theta \cos \theta = 2 \sin \theta
Lineaire vergelijking
y = 3x + 4
Rekenen
699 * 533
Matrix
\left[ \begin{array} { l l } { 2 } & { 3 } \\ { 5 } & { 4 } \end{array} \right] \left[ \begin{array} { l l l } { 2 } & { 0 } & { 3 } \\ { -1 } & { 1 } & { 5 } \end{array} \right]
Stelselvergelijking
\left. \begin{cases} { 8x+2y = 46 } \\ { 7x+3y = 47 } \end{cases} \right.
Differentiëren
\frac { d } { d x } \frac { ( 3 x ^ { 2 } - 2 ) } { ( x - 5 ) }
Integreren
\int _ { 0 } ^ { 1 } x e ^ { - x ^ { 2 } } d x
Limieten
\lim _{x \rightarrow-3} \frac{x^{2}-9}{x^{2}+2 x-3}