Oplossen voor x
x=2
x = \frac{5}{2} = 2\frac{1}{2} = 2,5
Grafiek
Delen
Gekopieerd naar klembord
\frac{1}{15}x^{2}-\frac{3}{10}x+\frac{1}{3}=0
Alle vergelijkingen van de vorm ax^{2}+bx+c=0 kunnen worden opgelost met behulp van de kwadratische formule: \frac{-b±\sqrt{b^{2}-4ac}}{2a}. De kwadratische formule biedt twee oplossingen: één wanneer ± een optelling is en één wanneer het gaat om aftrekken.
x=\frac{-\left(-\frac{3}{10}\right)±\sqrt{\left(-\frac{3}{10}\right)^{2}-4\times \frac{1}{15}\times \frac{1}{3}}}{2\times \frac{1}{15}}
Deze vergelijking heeft de standaardvorm: ax^{2}+bx+c=0. Substitueer \frac{1}{15} voor a, -\frac{3}{10} voor b en \frac{1}{3} voor c in de kwadratische formule, \frac{-b±\sqrt{b^{2}-4ac}}{2a}.
x=\frac{-\left(-\frac{3}{10}\right)±\sqrt{\frac{9}{100}-4\times \frac{1}{15}\times \frac{1}{3}}}{2\times \frac{1}{15}}
Bereken de wortel van -\frac{3}{10} door de wortel te berekenen van zowel de teller als de noemer van de breuk.
x=\frac{-\left(-\frac{3}{10}\right)±\sqrt{\frac{9}{100}-\frac{4}{15}\times \frac{1}{3}}}{2\times \frac{1}{15}}
Vermenigvuldig -4 met \frac{1}{15}.
x=\frac{-\left(-\frac{3}{10}\right)±\sqrt{\frac{9}{100}-\frac{4}{45}}}{2\times \frac{1}{15}}
Vermenigvuldig -\frac{4}{15} met \frac{1}{3} door teller maal teller en noemer maal noemer te vermenigvuldigen. Vereenvoudig vervolgens de breuk naar de kleinste termen indien mogelijk.
x=\frac{-\left(-\frac{3}{10}\right)±\sqrt{\frac{1}{900}}}{2\times \frac{1}{15}}
Tel \frac{9}{100} op bij -\frac{4}{45} door een gemeenschappelijke noemer te bepalen en de tellers op te tellen. Vereenvoudig vervolgens de breuk naar de kleinste termen indien mogelijk.
x=\frac{-\left(-\frac{3}{10}\right)±\frac{1}{30}}{2\times \frac{1}{15}}
Bereken de vierkantswortel van \frac{1}{900}.
x=\frac{\frac{3}{10}±\frac{1}{30}}{2\times \frac{1}{15}}
Het tegenovergestelde van -\frac{3}{10} is \frac{3}{10}.
x=\frac{\frac{3}{10}±\frac{1}{30}}{\frac{2}{15}}
Vermenigvuldig 2 met \frac{1}{15}.
x=\frac{\frac{1}{3}}{\frac{2}{15}}
Los nu de vergelijking x=\frac{\frac{3}{10}±\frac{1}{30}}{\frac{2}{15}} op als ± positief is. Tel \frac{3}{10} op bij \frac{1}{30} door een gemeenschappelijke noemer te bepalen en de tellers op te tellen. Vereenvoudig vervolgens de breuk naar de kleinste termen indien mogelijk.
x=\frac{5}{2}
Deel \frac{1}{3} door \frac{2}{15} door \frac{1}{3} te vermenigvuldigen met de omgekeerde waarde van \frac{2}{15}.
x=\frac{\frac{4}{15}}{\frac{2}{15}}
Los nu de vergelijking x=\frac{\frac{3}{10}±\frac{1}{30}}{\frac{2}{15}} op als ± negatief is. Trek \frac{1}{30} af van \frac{3}{10} door een gemeenschappelijke noemer te bepalen en de tellers af te trekken. Vereenvoudig vervolgens de breuk naar de kleinste termen indien mogelijk.
x=2
Deel \frac{4}{15} door \frac{2}{15} door \frac{4}{15} te vermenigvuldigen met de omgekeerde waarde van \frac{2}{15}.
x=\frac{5}{2} x=2
De vergelijking is nu opgelost.
\frac{1}{15}x^{2}-\frac{3}{10}x+\frac{1}{3}=0
Kwadratische vergelijkingen zoals deze kunnen worden opgelost door de wortel te berekenen. Hiervoor moet de vergelijking deze vorm hebben: x^{2}+bx=c.
\frac{1}{15}x^{2}-\frac{3}{10}x+\frac{1}{3}-\frac{1}{3}=-\frac{1}{3}
Trek aan beide kanten van de vergelijking \frac{1}{3} af.
\frac{1}{15}x^{2}-\frac{3}{10}x=-\frac{1}{3}
Als u \frac{1}{3} aftrekt van zichzelf, is de uitkomst 0.
\frac{\frac{1}{15}x^{2}-\frac{3}{10}x}{\frac{1}{15}}=-\frac{\frac{1}{3}}{\frac{1}{15}}
Vermenigvuldig beide zijden van de vergelijking met 15.
x^{2}+\left(-\frac{\frac{3}{10}}{\frac{1}{15}}\right)x=-\frac{\frac{1}{3}}{\frac{1}{15}}
Delen door \frac{1}{15} maakt de vermenigvuldiging met \frac{1}{15} ongedaan.
x^{2}-\frac{9}{2}x=-\frac{\frac{1}{3}}{\frac{1}{15}}
Deel -\frac{3}{10} door \frac{1}{15} door -\frac{3}{10} te vermenigvuldigen met de omgekeerde waarde van \frac{1}{15}.
x^{2}-\frac{9}{2}x=-5
Deel -\frac{1}{3} door \frac{1}{15} door -\frac{1}{3} te vermenigvuldigen met de omgekeerde waarde van \frac{1}{15}.
x^{2}-\frac{9}{2}x+\left(-\frac{9}{4}\right)^{2}=-5+\left(-\frac{9}{4}\right)^{2}
Deel -\frac{9}{2}, de coëfficiënt van de x term door 2 om -\frac{9}{4} op te halen. Voeg vervolgens het kwadraat van -\frac{9}{4} toe aan beide kanten van de vergelijking. Met deze stap wordt de linkerkant van de vergelijking een perfect vierkant.
x^{2}-\frac{9}{2}x+\frac{81}{16}=-5+\frac{81}{16}
Bereken de wortel van -\frac{9}{4} door de wortel te berekenen van zowel de teller als de noemer van de breuk.
x^{2}-\frac{9}{2}x+\frac{81}{16}=\frac{1}{16}
Tel -5 op bij \frac{81}{16}.
\left(x-\frac{9}{4}\right)^{2}=\frac{1}{16}
Factoriseer x^{2}-\frac{9}{2}x+\frac{81}{16}. In het algemeen, wanneer x^{2}+bx+c een perfect vierkant is, kan het altijd worden gefactoreerd als \left(x+\frac{b}{2}\right)^{2}.
\sqrt{\left(x-\frac{9}{4}\right)^{2}}=\sqrt{\frac{1}{16}}
Neem de vierkantswortel van beide zijden van de vergelijking.
x-\frac{9}{4}=\frac{1}{4} x-\frac{9}{4}=-\frac{1}{4}
Vereenvoudig.
x=\frac{5}{2} x=2
Tel aan beide kanten van de vergelijking \frac{9}{4} op.
Voorbeelden
Vierkantsvergelijking
{ x } ^ { 2 } - 4 x - 5 = 0
Trigonometrie
4 \sin \theta \cos \theta = 2 \sin \theta
Lineaire vergelijking
y = 3x + 4
Rekenen
699 * 533
Matrix
\left[ \begin{array} { l l } { 2 } & { 3 } \\ { 5 } & { 4 } \end{array} \right] \left[ \begin{array} { l l l } { 2 } & { 0 } & { 3 } \\ { -1 } & { 1 } & { 5 } \end{array} \right]
Stelselvergelijking
\left. \begin{cases} { 8x+2y = 46 } \\ { 7x+3y = 47 } \end{cases} \right.
Differentiëren
\frac { d } { d x } \frac { ( 3 x ^ { 2 } - 2 ) } { ( x - 5 ) }
Integreren
\int _ { 0 } ^ { 1 } x e ^ { - x ^ { 2 } } d x
Limieten
\lim _{x \rightarrow-3} \frac{x^{2}-9}{x^{2}+2 x-3}