Overslaan en naar de inhoud gaan
Evalueren
Tick mark Image
Uitbreiden
Tick mark Image

Vergelijkbare problemen van Web Search

Delen

\frac{\frac{a}{a+1}-\frac{a+1}{a+1}}{\frac{2a+1}{a-1}}
Vouw expressies uit en maak de bijbehorende noemers gelijk om expressies op te tellen of af te trekken. Vermenigvuldig 1 met \frac{a+1}{a+1}.
\frac{\frac{a-\left(a+1\right)}{a+1}}{\frac{2a+1}{a-1}}
Aangezien \frac{a}{a+1} en \frac{a+1}{a+1} dezelfde noemer hebben, kunt u ze aftrekken door hun tellers af te trekken.
\frac{\frac{a-a-1}{a+1}}{\frac{2a+1}{a-1}}
Voer de vermenigvuldigingen uit in a-\left(a+1\right).
\frac{\frac{-1}{a+1}}{\frac{2a+1}{a-1}}
Combineer gelijke termen in a-a-1.
\frac{-\left(a-1\right)}{\left(a+1\right)\left(2a+1\right)}
Deel \frac{-1}{a+1} door \frac{2a+1}{a-1} door \frac{-1}{a+1} te vermenigvuldigen met de omgekeerde waarde van \frac{2a+1}{a-1}.
\frac{-a-\left(-1\right)}{\left(a+1\right)\left(2a+1\right)}
Zoek het tegenovergestelde van elke term om het tegenovergestelde van a-1 te krijgen.
\frac{-a+1}{\left(a+1\right)\left(2a+1\right)}
Het tegenovergestelde van -1 is 1.
\frac{-a+1}{2a^{2}+a+2a+1}
Pas de distributieve eigenschap toe door elke term van a+1 te vermenigvuldigen met elke term van 2a+1.
\frac{-a+1}{2a^{2}+3a+1}
Combineer a en 2a om 3a te krijgen.
\frac{\frac{a}{a+1}-\frac{a+1}{a+1}}{\frac{2a+1}{a-1}}
Vouw expressies uit en maak de bijbehorende noemers gelijk om expressies op te tellen of af te trekken. Vermenigvuldig 1 met \frac{a+1}{a+1}.
\frac{\frac{a-\left(a+1\right)}{a+1}}{\frac{2a+1}{a-1}}
Aangezien \frac{a}{a+1} en \frac{a+1}{a+1} dezelfde noemer hebben, kunt u ze aftrekken door hun tellers af te trekken.
\frac{\frac{a-a-1}{a+1}}{\frac{2a+1}{a-1}}
Voer de vermenigvuldigingen uit in a-\left(a+1\right).
\frac{\frac{-1}{a+1}}{\frac{2a+1}{a-1}}
Combineer gelijke termen in a-a-1.
\frac{-\left(a-1\right)}{\left(a+1\right)\left(2a+1\right)}
Deel \frac{-1}{a+1} door \frac{2a+1}{a-1} door \frac{-1}{a+1} te vermenigvuldigen met de omgekeerde waarde van \frac{2a+1}{a-1}.
\frac{-a-\left(-1\right)}{\left(a+1\right)\left(2a+1\right)}
Zoek het tegenovergestelde van elke term om het tegenovergestelde van a-1 te krijgen.
\frac{-a+1}{\left(a+1\right)\left(2a+1\right)}
Het tegenovergestelde van -1 is 1.
\frac{-a+1}{2a^{2}+a+2a+1}
Pas de distributieve eigenschap toe door elke term van a+1 te vermenigvuldigen met elke term van 2a+1.
\frac{-a+1}{2a^{2}+3a+1}
Combineer a en 2a om 3a te krijgen.