Evalueren
-1,98
Factoriseren
-1,98
Delen
Gekopieerd naar klembord
\frac{3,6}{\frac{25+1}{5}-7}+\left(\frac{1}{2}\right)^{3}\times 0,4^{2}
Vermenigvuldig 5 en 5 om 25 te krijgen.
\frac{3,6}{\frac{26}{5}-7}+\left(\frac{1}{2}\right)^{3}\times 0,4^{2}
Tel 25 en 1 op om 26 te krijgen.
\frac{3,6}{\frac{26}{5}-\frac{35}{5}}+\left(\frac{1}{2}\right)^{3}\times 0,4^{2}
Converteer 7 naar breuk \frac{35}{5}.
\frac{3,6}{\frac{26-35}{5}}+\left(\frac{1}{2}\right)^{3}\times 0,4^{2}
Aangezien \frac{26}{5} en \frac{35}{5} dezelfde noemer hebben, kunt u ze aftrekken door hun tellers af te trekken.
\frac{3,6}{-\frac{9}{5}}+\left(\frac{1}{2}\right)^{3}\times 0,4^{2}
Trek 35 af van 26 om -9 te krijgen.
3,6\left(-\frac{5}{9}\right)+\left(\frac{1}{2}\right)^{3}\times 0,4^{2}
Deel 3,6 door -\frac{9}{5} door 3,6 te vermenigvuldigen met de omgekeerde waarde van -\frac{9}{5}.
\frac{18}{5}\left(-\frac{5}{9}\right)+\left(\frac{1}{2}\right)^{3}\times 0,4^{2}
Converteer het decimale getal 3,6 naar de breuk \frac{36}{10}. Vereenvoudig de breuk \frac{36}{10} tot de kleinste termen door 2 af te trekken en weg te strepen.
\frac{18\left(-5\right)}{5\times 9}+\left(\frac{1}{2}\right)^{3}\times 0,4^{2}
Vermenigvuldig \frac{18}{5} met -\frac{5}{9} door teller maal teller en noemer maal noemer te vermenigvuldigen.
\frac{-90}{45}+\left(\frac{1}{2}\right)^{3}\times 0,4^{2}
Vermenigvuldig in de breuk \frac{18\left(-5\right)}{5\times 9}.
-2+\left(\frac{1}{2}\right)^{3}\times 0,4^{2}
Deel -90 door 45 om -2 te krijgen.
-2+\frac{1}{8}\times 0,4^{2}
Bereken \frac{1}{2} tot de macht van 3 en krijg \frac{1}{8}.
-2+\frac{1}{8}\times 0,16
Bereken 0,4 tot de macht van 2 en krijg 0,16.
-2+\frac{1}{8}\times \frac{4}{25}
Converteer het decimale getal 0,16 naar de breuk \frac{16}{100}. Vereenvoudig de breuk \frac{16}{100} tot de kleinste termen door 4 af te trekken en weg te strepen.
-2+\frac{1\times 4}{8\times 25}
Vermenigvuldig \frac{1}{8} met \frac{4}{25} door teller maal teller en noemer maal noemer te vermenigvuldigen.
-2+\frac{4}{200}
Vermenigvuldig in de breuk \frac{1\times 4}{8\times 25}.
-2+\frac{1}{50}
Vereenvoudig de breuk \frac{4}{200} tot de kleinste termen door 4 af te trekken en weg te strepen.
-\frac{100}{50}+\frac{1}{50}
Converteer -2 naar breuk -\frac{100}{50}.
\frac{-100+1}{50}
Aangezien -\frac{100}{50} en \frac{1}{50} dezelfde noemer hebben, kunt u ze toevoegen door hun tellers toe te voegen.
-\frac{99}{50}
Tel -100 en 1 op om -99 te krijgen.
Voorbeelden
Vierkantsvergelijking
{ x } ^ { 2 } - 4 x - 5 = 0
Trigonometrie
4 \sin \theta \cos \theta = 2 \sin \theta
Lineaire vergelijking
y = 3x + 4
Rekenen
699 * 533
Matrix
\left[ \begin{array} { l l } { 2 } & { 3 } \\ { 5 } & { 4 } \end{array} \right] \left[ \begin{array} { l l l } { 2 } & { 0 } & { 3 } \\ { -1 } & { 1 } & { 5 } \end{array} \right]
Stelselvergelijking
\left. \begin{cases} { 8x+2y = 46 } \\ { 7x+3y = 47 } \end{cases} \right.
Differentiëren
\frac { d } { d x } \frac { ( 3 x ^ { 2 } - 2 ) } { ( x - 5 ) }
Integreren
\int _ { 0 } ^ { 1 } x e ^ { - x ^ { 2 } } d x
Limieten
\lim _{x \rightarrow-3} \frac{x^{2}-9}{x^{2}+2 x-3}