Overslaan en naar de inhoud gaan
Oplossen voor x
Tick mark Image
Grafiek

Vergelijkbare problemen van Web Search

Delen

3-4x^{2}-5=-6x^{2}
Trek aan beide kanten 5 af.
-2-4x^{2}=-6x^{2}
Trek 5 af van 3 om -2 te krijgen.
-2-4x^{2}+6x^{2}=0
Voeg 6x^{2} toe aan beide zijden.
-2+2x^{2}=0
Combineer -4x^{2} en 6x^{2} om 2x^{2} te krijgen.
-1+x^{2}=0
Deel beide zijden van de vergelijking door 2.
\left(x-1\right)\left(x+1\right)=0
Houd rekening met -1+x^{2}. Herschrijf -1+x^{2} als x^{2}-1^{2}. Het verschil tussen de kwadraten kan worden beschouwd met behulp van de regel: a^{2}-b^{2}=\left(a-b\right)\left(a+b\right).
x=1 x=-1
Als u oplossingen voor vergelijkingen zoekt, lost u x-1=0 en x+1=0 op.
3-4x^{2}+6x^{2}=5
Voeg 6x^{2} toe aan beide zijden.
3+2x^{2}=5
Combineer -4x^{2} en 6x^{2} om 2x^{2} te krijgen.
2x^{2}=5-3
Trek aan beide kanten 3 af.
2x^{2}=2
Trek 3 af van 5 om 2 te krijgen.
x^{2}=\frac{2}{2}
Deel beide zijden van de vergelijking door 2.
x^{2}=1
Deel 2 door 2 om 1 te krijgen.
x=1 x=-1
Neem de vierkantswortel van beide zijden van de vergelijking.
3-4x^{2}-5=-6x^{2}
Trek aan beide kanten 5 af.
-2-4x^{2}=-6x^{2}
Trek 5 af van 3 om -2 te krijgen.
-2-4x^{2}+6x^{2}=0
Voeg 6x^{2} toe aan beide zijden.
-2+2x^{2}=0
Combineer -4x^{2} en 6x^{2} om 2x^{2} te krijgen.
2x^{2}-2=0
Kwadratische vergelijkingen zoals deze, met een x^{2}-term maar geen x-term, kunnen wel worden opgelost met behulp van de kwadratische formule, \frac{-b±\sqrt{b^{2}-4ac}}{2a}, zodra ze zijn overgezet naar de standaardvorm: ax^{2}+bx+c=0.
x=\frac{0±\sqrt{0^{2}-4\times 2\left(-2\right)}}{2\times 2}
Deze vergelijking heeft de standaardvorm: ax^{2}+bx+c=0. Substitueer 2 voor a, 0 voor b en -2 voor c in de kwadratische formule, \frac{-b±\sqrt{b^{2}-4ac}}{2a}.
x=\frac{0±\sqrt{-4\times 2\left(-2\right)}}{2\times 2}
Bereken de wortel van 0.
x=\frac{0±\sqrt{-8\left(-2\right)}}{2\times 2}
Vermenigvuldig -4 met 2.
x=\frac{0±\sqrt{16}}{2\times 2}
Vermenigvuldig -8 met -2.
x=\frac{0±4}{2\times 2}
Bereken de vierkantswortel van 16.
x=\frac{0±4}{4}
Vermenigvuldig 2 met 2.
x=1
Los nu de vergelijking x=\frac{0±4}{4} op als ± positief is. Deel 4 door 4.
x=-1
Los nu de vergelijking x=\frac{0±4}{4} op als ± negatief is. Deel -4 door 4.
x=1 x=-1
De vergelijking is nu opgelost.