Oplossen voor x (complex solution)
x=\frac{-\sqrt{3}i-1}{2}\approx -0,5-0,866025404i
x=\frac{-1+\sqrt{3}i}{2}\approx -0,5+0,866025404i
Grafiek
Delen
Gekopieerd naar klembord
\left(x+1\right)\left(x+2\right)\left(-1\right)+\left(x-1\right)\left(x+2\right)=\left(x^{2}-1\right)\times 2
Variabele x kan niet gelijk zijn aan de waarden -2,-1,1 omdat deling door nul niet is gedefinieerd. Vermenigvuldig beide zijden van de vergelijking met \left(x-1\right)\left(x+1\right)\left(x+2\right), de kleinste gemeenschappelijke noemer van x-1,x+1,x+2.
\left(x^{2}+3x+2\right)\left(-1\right)+\left(x-1\right)\left(x+2\right)=\left(x^{2}-1\right)\times 2
Gebruik de distributieve eigenschap om x+1 te vermenigvuldigen met x+2 en gelijke termen te combineren.
-x^{2}-3x-2+\left(x-1\right)\left(x+2\right)=\left(x^{2}-1\right)\times 2
Gebruik de distributieve eigenschap om x^{2}+3x+2 te vermenigvuldigen met -1.
-x^{2}-3x-2+x^{2}+x-2=\left(x^{2}-1\right)\times 2
Gebruik de distributieve eigenschap om x-1 te vermenigvuldigen met x+2 en gelijke termen te combineren.
-3x-2+x-2=\left(x^{2}-1\right)\times 2
Combineer -x^{2} en x^{2} om 0 te krijgen.
-2x-2-2=\left(x^{2}-1\right)\times 2
Combineer -3x en x om -2x te krijgen.
-2x-4=\left(x^{2}-1\right)\times 2
Trek 2 af van -2 om -4 te krijgen.
-2x-4=2x^{2}-2
Gebruik de distributieve eigenschap om x^{2}-1 te vermenigvuldigen met 2.
-2x-4-2x^{2}=-2
Trek aan beide kanten 2x^{2} af.
-2x-4-2x^{2}+2=0
Voeg 2 toe aan beide zijden.
-2x-2-2x^{2}=0
Tel -4 en 2 op om -2 te krijgen.
-2x^{2}-2x-2=0
Alle vergelijkingen van de vorm ax^{2}+bx+c=0 kunnen worden opgelost met behulp van de kwadratische formule: \frac{-b±\sqrt{b^{2}-4ac}}{2a}. De kwadratische formule biedt twee oplossingen: één wanneer ± een optelling is en één wanneer het gaat om aftrekken.
x=\frac{-\left(-2\right)±\sqrt{\left(-2\right)^{2}-4\left(-2\right)\left(-2\right)}}{2\left(-2\right)}
Deze vergelijking heeft de standaardvorm: ax^{2}+bx+c=0. Substitueer -2 voor a, -2 voor b en -2 voor c in de kwadratische formule, \frac{-b±\sqrt{b^{2}-4ac}}{2a}.
x=\frac{-\left(-2\right)±\sqrt{4-4\left(-2\right)\left(-2\right)}}{2\left(-2\right)}
Bereken de wortel van -2.
x=\frac{-\left(-2\right)±\sqrt{4+8\left(-2\right)}}{2\left(-2\right)}
Vermenigvuldig -4 met -2.
x=\frac{-\left(-2\right)±\sqrt{4-16}}{2\left(-2\right)}
Vermenigvuldig 8 met -2.
x=\frac{-\left(-2\right)±\sqrt{-12}}{2\left(-2\right)}
Tel 4 op bij -16.
x=\frac{-\left(-2\right)±2\sqrt{3}i}{2\left(-2\right)}
Bereken de vierkantswortel van -12.
x=\frac{2±2\sqrt{3}i}{2\left(-2\right)}
Het tegenovergestelde van -2 is 2.
x=\frac{2±2\sqrt{3}i}{-4}
Vermenigvuldig 2 met -2.
x=\frac{2+2\sqrt{3}i}{-4}
Los nu de vergelijking x=\frac{2±2\sqrt{3}i}{-4} op als ± positief is. Tel 2 op bij 2i\sqrt{3}.
x=\frac{-\sqrt{3}i-1}{2}
Deel 2+2i\sqrt{3} door -4.
x=\frac{-2\sqrt{3}i+2}{-4}
Los nu de vergelijking x=\frac{2±2\sqrt{3}i}{-4} op als ± negatief is. Trek 2i\sqrt{3} af van 2.
x=\frac{-1+\sqrt{3}i}{2}
Deel 2-2i\sqrt{3} door -4.
x=\frac{-\sqrt{3}i-1}{2} x=\frac{-1+\sqrt{3}i}{2}
De vergelijking is nu opgelost.
\left(x+1\right)\left(x+2\right)\left(-1\right)+\left(x-1\right)\left(x+2\right)=\left(x^{2}-1\right)\times 2
Variabele x kan niet gelijk zijn aan de waarden -2,-1,1 omdat deling door nul niet is gedefinieerd. Vermenigvuldig beide zijden van de vergelijking met \left(x-1\right)\left(x+1\right)\left(x+2\right), de kleinste gemeenschappelijke noemer van x-1,x+1,x+2.
\left(x^{2}+3x+2\right)\left(-1\right)+\left(x-1\right)\left(x+2\right)=\left(x^{2}-1\right)\times 2
Gebruik de distributieve eigenschap om x+1 te vermenigvuldigen met x+2 en gelijke termen te combineren.
-x^{2}-3x-2+\left(x-1\right)\left(x+2\right)=\left(x^{2}-1\right)\times 2
Gebruik de distributieve eigenschap om x^{2}+3x+2 te vermenigvuldigen met -1.
-x^{2}-3x-2+x^{2}+x-2=\left(x^{2}-1\right)\times 2
Gebruik de distributieve eigenschap om x-1 te vermenigvuldigen met x+2 en gelijke termen te combineren.
-3x-2+x-2=\left(x^{2}-1\right)\times 2
Combineer -x^{2} en x^{2} om 0 te krijgen.
-2x-2-2=\left(x^{2}-1\right)\times 2
Combineer -3x en x om -2x te krijgen.
-2x-4=\left(x^{2}-1\right)\times 2
Trek 2 af van -2 om -4 te krijgen.
-2x-4=2x^{2}-2
Gebruik de distributieve eigenschap om x^{2}-1 te vermenigvuldigen met 2.
-2x-4-2x^{2}=-2
Trek aan beide kanten 2x^{2} af.
-2x-2x^{2}=-2+4
Voeg 4 toe aan beide zijden.
-2x-2x^{2}=2
Tel -2 en 4 op om 2 te krijgen.
-2x^{2}-2x=2
Kwadratische vergelijkingen zoals deze kunnen worden opgelost door de wortel te berekenen. Hiervoor moet de vergelijking deze vorm hebben: x^{2}+bx=c.
\frac{-2x^{2}-2x}{-2}=\frac{2}{-2}
Deel beide zijden van de vergelijking door -2.
x^{2}+\left(-\frac{2}{-2}\right)x=\frac{2}{-2}
Delen door -2 maakt de vermenigvuldiging met -2 ongedaan.
x^{2}+x=\frac{2}{-2}
Deel -2 door -2.
x^{2}+x=-1
Deel 2 door -2.
x^{2}+x+\left(\frac{1}{2}\right)^{2}=-1+\left(\frac{1}{2}\right)^{2}
Deel 1, de coëfficiënt van de x term door 2 om \frac{1}{2} op te halen. Voeg vervolgens het kwadraat van \frac{1}{2} toe aan beide kanten van de vergelijking. Met deze stap wordt de linkerkant van de vergelijking een perfect vierkant.
x^{2}+x+\frac{1}{4}=-1+\frac{1}{4}
Bereken de wortel van \frac{1}{2} door de wortel te berekenen van zowel de teller als de noemer van de breuk.
x^{2}+x+\frac{1}{4}=-\frac{3}{4}
Tel -1 op bij \frac{1}{4}.
\left(x+\frac{1}{2}\right)^{2}=-\frac{3}{4}
Factoriseer x^{2}+x+\frac{1}{4}. In het algemeen, wanneer x^{2}+bx+c een perfect vierkant is, kan het altijd worden gefactoreerd als \left(x+\frac{b}{2}\right)^{2}.
\sqrt{\left(x+\frac{1}{2}\right)^{2}}=\sqrt{-\frac{3}{4}}
Neem de vierkantswortel van beide zijden van de vergelijking.
x+\frac{1}{2}=\frac{\sqrt{3}i}{2} x+\frac{1}{2}=-\frac{\sqrt{3}i}{2}
Vereenvoudig.
x=\frac{-1+\sqrt{3}i}{2} x=\frac{-\sqrt{3}i-1}{2}
Trek aan beide kanten van de vergelijking \frac{1}{2} af.
Voorbeelden
Vierkantsvergelijking
{ x } ^ { 2 } - 4 x - 5 = 0
Trigonometrie
4 \sin \theta \cos \theta = 2 \sin \theta
Lineaire vergelijking
y = 3x + 4
Rekenen
699 * 533
Matrix
\left[ \begin{array} { l l } { 2 } & { 3 } \\ { 5 } & { 4 } \end{array} \right] \left[ \begin{array} { l l l } { 2 } & { 0 } & { 3 } \\ { -1 } & { 1 } & { 5 } \end{array} \right]
Stelselvergelijking
\left. \begin{cases} { 8x+2y = 46 } \\ { 7x+3y = 47 } \end{cases} \right.
Differentiëren
\frac { d } { d x } \frac { ( 3 x ^ { 2 } - 2 ) } { ( x - 5 ) }
Integreren
\int _ { 0 } ^ { 1 } x e ^ { - x ^ { 2 } } d x
Limieten
\lim _{x \rightarrow-3} \frac{x^{2}-9}{x^{2}+2 x-3}